Teruggevonden herinneringen, een weergave van de werkelijkheid?

Het geheugen met zijn herinneringen en de daaraan gekoppelde emoties en gevoelens is veranderlijk. Elisabeth Loftus, van wie je verderop een link van een TED Talk kunt vinden, vergelijkt het met een wikipedia. Je kunt er zaken aan toevoegen en weglaten. Herinneringen veranderen gedurende je hele leven en dat heeft een belangrijke functie: een lerende functie.

Als een herinnering een weergave zou zijn van de werkelijkheid, dan zou het onveranderlijk zijn opgeslagen in ons brein. Zo wordt het althans vaak voorgeschoteld. In het woordenboek Van Dale staan de volgende betekenissen bij het woord ‘herinneringen’: -‘bijgebleven indruk,’ -‘geheugen’, -‘datgene waarmee iemand herinnerd iets te doen of te laten.’ (Sterkenburg, P., 1996, p. 397).

Een ‘bijgebleven indruk’ doet denken aan een film die is opgenomen, of geluiden die op een voicerecorder staan. Als je ze afspeelt geeft het precies weer wat er opgenomen is. In deze blog spreek ik deze vergelijking tegen. (Waar in deze tekst hij of hem staat kun je ook zij, haar, hen of hun lezen).

Ieder beleeft een gebeurtenis op een unieke manier

Een ‘ware’ herinnering begint bij hoe je een gebeurtenis ervaart. Dat is een heel persoonlijke beleving. Het is afhankelijk van je persoonlijkheid, je overtuigingen en je ervaringen in het leven. De gebeurtenis roept een gedachte, een gevoel en soms een emotie op. Bijvoorbeeld: een kat die je een kopje geeft kan voor jou misschien een vrij prettige ervaring zijn. Voor iemand die ooit door een kat in het gezicht is gekrabd, kan zo’n kopje een beangstigende… of misschien juist een bevrijdende ervaring zijn!

Invloeden die bepalend zijn hoe een herinnering wordt opgeslagen.

Een emotie heeft een versterkende werking om de herinnering in het geheugen te griffen. In het begin bestaat de herinnering uit fragiele overblijfselen van informatie, dat bij zenuwuiteinden achterblijft. Deze informatie van de beleving is gemakkelijk beïnvloedbaar. Het hangt van verschillende factoren af hoe een herinnering wordt opgeslagen. Bij angst bijvoorbeeld focus je je op andere zaken dan als je je prettig voelt. Bij een doodsangst, zoals een bedreiging met een wapen, zul je de loop van het wapen eerder haarscherp kunnen herinneren dan het gezicht van de overvaller. En bij prettige momenten sla je vooral een algeheel beeld van de gebeurtenis op.

Wat we ervan leren weerspiegelt zich in de manier waarop we een gebeurtenis opslaan.

We leren zodat we ons kunnen redden in een vergelijkbare situatie en bijvoorbeeld te kunnen onderscheiden wie onze mogelijke helpers zijn. Leren is het opslaan van de ervaringen van een gebeurtenis; sommige gedeelten worden benadrukt en andere gedeelten zwakken we af of laten we juist helemaal weg. Zo slaan we op wat we van de gebeurtenis geleerd hebben.

Soms leren we hele fijne krachtige dingen en soms leren we dingen die zich ontwikkelen tot een blokkade. Hoe het ook zij… we leren veel met het doel om voor onszelf te zorgen. En om voor onszelf te zorgen hebben we niet alleen verdedigingsmechanismes nodig. We leren ook een ander lief te hebben en een ander te kunnen vertrouwen, of juist niet.

Vervorming van herinneringen in het begin.

Over een gebeurtenis praten met anderen leidt ook tot een versteviging van je herinnering in het geheugen. En dat niet alleen… het kan de herinnering ook veranderen. Je bent bijvoorbeeld getuige van een botsing tussen een fietser en een auto. Een voorbijganger zou je het volgende kunnen vragen: ‘Hoeveel kilometer per uur schat je dat de auto reed?’ of in een andere vorm: ‘Hoe hard schat je dat de auto reed toen de fietser op de auto klapte?’ De kans is heel groot dat je bij de laatste vraag een hogere snelheid als antwoord geeft. De herinnering die al persoonlijk was, wordt nu verder gevormd en ingegrift. Het kan zelfs zijn dat je daardoor overtuigd raakt dat ongelukken met fietsers gebeuren doordat auto’s te hard rijden, terwijl dat niet de oorzaak was bij dit ongeluk.

Herinneringen beginnen met jóuw werkelijkheid op dát moment. Ze worden versterkt door eigen gedachtes, emoties en soms door de invloed van anderen.

Nieuwe dingen die je leert beïnvloeden eerdere herinneringen.

Door nieuwe ervaringen leren we en veranderen we gedurende ons leven. We stellen onze herinneringen bloot aan een her- codering, als dat van voldoende belang is. Dit is de omgekeerde beïnvloeding: sommige dingen in de herinnering zullen we minder belangrijk gaan vinden en ‘weg gummen’ en andere juist meer op de voorgrond zetten.

Laten we even teruggaan naar het voorbeeld van de kat die je kopjes komt geven. Als je eerst bang zou zijn voor katten, en een kat geeft je een kopje, dan kan het zijn dat je jezelf verrast omdat je daar een fijn moment aan beleeft. Dit tempert je algemene angst voor katten. Als je een tijd daarna zou denken aan de herinnering van de kat die in je gezicht krabde, kan het zijn dat de emotie angst minder is geworden. Zelfs het beeld van de krabbende kat komt minder eng over. Het betekent dat de herinnering veranderd is. Vervolgens hebben die veranderde herinneringen weer hun invloed op je overtuigingen, gevoelens, houding en gedrag.

Openheid tijdens de vorming van je herinneringen heeft een belangrijk doel.

Zoals je hierboven hebt kunnen lezen zie je dat bij de aanvang van een herinnering veel verschillende invloeden hun werk doen. Die openheid voor invloeden heeft een logisch doel. Je slaat een herinnering op, omdat je wilt leren omgaan met vergelijkbare situaties.

Als je als kind je handjes uitstrekte en je werd dan gekoesterd omdat je hulp nodig had, leerde je dat je kunt vertrouwen op anderen. Als je daarentegen je handjes uitstrekte en geen reactie kreeg van je ouders heb je misschien geleerd dat je niet kunt rekenen op hulp als je daarom vraagt. Je zult er zelfs niet om vragen om teleurstelling te voorkomen.

Toch hechten we grote waarde aan herinneringen, ook al strookt het niet met de werkelijkheid.

Hoewel de mogelijkheid aanwezig is dat herinneringen niet met de werkelijkheid stroken wordt er toch volop gebruik gemaakt van informatie uit die herinneringen. Soms hebben we geen andere keuze dan te proberen ware herinneringen te onderscheiden, zoals bij strafzaken. En we vinden het fijn om samen herinneringen op te halen, dat schept een band. Ook bij het helpen van mensen die graag anders met dingen willen omgaan in hun leven, blijken herinneringen vaak sleutels te bevatten over hoe zo iemand stappen kan zetten voor zijn welzijn en groei.

Ook al stroken herinneringen niet met ‘de werkelijkheid,’ waarom gebruiken we ze toch om zaken op te helderen?

In diverse therapieën wordt de cliënt aangemoedigd om over zijn herinneringen te vertellen. In feite beleeft de cliënt ze dan opnieuw en ziet hij de herinnering als het ware weer voor zich. De zogenaamde regressies zijn gefocust op een beleving van zo’n teruggevonden herinnering. Het kan iets vertellen over achterliggende structuren bij een probleem. Soms zijn het herinneringen waarvan de cliënt niet eens wist dat hij ze had.

Bij een trauma is een herinnering niet ingebed in de verschillende delen van lichaam en geest, van gevoel en verstand. Dan kan een emotie de overhand nemen en kan de herinnering met de cliënt op de loop gaan. Als zoiets gebeurd, zorgt het niet voor een positieve verwerking, maar voor een terugval in verwarring. Het is aan de therapeut om hier professioneel mee om te gaan. Hij beschikt over technieken om herinneringen veilig te kunnen beschouwen, of een besluit te nemen om er nog van af te zien.

Je zou nu kunnen zeggen: “Hoe kun je nu met herinneringen werken als ze niet eens een weergave zijn van de werkelijkheid?” Wetende dat herinneringen jóuw werkelijkheid zijn en niet dé werkelijkheid hoeven te zijn, zo zou je ze ook tegemoet kunnen treden. Beschouw je herinnering als een waardevolle schatkamer waarin een verhaal zich ontvouwt. Een verhaal dat iets vertelt over jou. Want de herinnering is door jou opgeslagen en is door jou vervormd of je hebt het laten vervormen. In de herinnering kun je vinden wat je nodig hebt voor je persoonlijke groei.

Herinneringen bevatten een code van wat je geleerd hebt. Ze bevatten dus ook de code van dát wat ervoor zorgt dat je nu het probleem hebt. Ook dat is iets dat je geleerd hebt. Van hieruit is het mogelijk om in te zien wat je nodig hebt.

Gevaren om herinneringen als weergave van dé werkelijkheid te zien.

Als teruggevonden herinneringen als dé werkelijkheid worden gezien, kleven hier grote gevaren aan. Doorgevoerd tot juridische zaken kan het tot pijnlijke dwalingen leiden. In onderstaande TED Talk kun je een filmpje vinden van Elisabeth Loftus die valse herinneringen onderzocht en haar uitkomsten van het onderzoek presenteert.

Ze spreekt over voorbeelden van valse beschuldigingen van mishandeling en over mensen die na een therapie meer problemen erbij kregen, dan waarvoor ze naar de therapie kwamen. In dit licht waarschuwt Elisabeth Loftus ook voor vormen van psychotherapie en hypnotherapie.

Mijn persoonlijke mening is dat het niet zozeer ligt aan de ‘techniek’ hypnotherapie of psychotherapie. De oorzaak moet gezocht worden in de onjuiste aanname van de therapeut, die de herinneringen ziet als werkelijkheid. Nog kwalijker is dat deze aanname wordt overgebracht op de cliënt.

Waarom deze aanname bij sommigen zo onwrikbaar blijf is voor een deel misschien als rechtvaardiging dat de behandeling van herinneringen als methode een bestaansrecht heeft. Voor mij heeft het zeker een bestaansrecht, niet omdat de herinnering waar gebeurd is. Maar omdat het een code bevat waarin het geleerde zich uitdrukt.

Zoals je eerder kon lezen zijn dit soort vragen in staat om een herinnering te beïnvloeden (zie het voorbeeld van het ongeluk tussen auto en fietser). Tijdens de opleiding voor hypnotherapie heb ik geleerd dat het streng verboden is om tijdens de beleving van teruggevonden herinneringen suggestieve vragen te stellen. Dit is ter voorkoming dat bestaande herinneringen op een manier vervormd worden, dat het een negatieve uitwerking kan hebben op de cliënt. Als er professioneel met de methode van teruggevonden herinneringen wordt omgegaan is het een waardevol gereedschap bij zelf genezing en zeker geen dwaling.

‘Het aangeleerde’ codeert zich in herinneringen. En herinneringen beïnvloeden op hun beurt het aangeleerde gedrag. Leren en herinneringen beïnvloeden elkaar.

Herinneringen voor zelf genezing

Zeker in therapie dienen herinneringen niet gebruikt te worden om vermeende ‘schuldigen’ aan te wijzen voor aangedaan leed. Ze dienen om inzicht te verkrijgen in innerlijke mechanismes, zoals overtuigingen. Het zijn deze innerlijke overtuigingen die je maken tot de persoon die je vandaag bent.

Als een herinnering die bijdroeg aan een blokkade gevoelsmatig aanvaard wordt, gebeurt er iets wonderlijks. De kwaliteit van vergeving transformeert het mechanisme. Het mechanisme lost als het ware op in een hulpbron, zoals bijvoorbeeld ‘vertrouwen.’ Het mechanisme is overbodig geworden.

Herinneringen dienen gebruikt te worden voor genezing.